Het Rijk, zo werd duidelijk uit de presentatie van de verschillende begrotingen op Prinsjesdag, investeert de komende jaren in totaal meer dan 2 miljard euro in de landbouw, industrie, mobiliteit en de bouw om de stikstof problematiek structureel aan te pakken. “Investeren is echter niet genoeg. Duidelijkheid scheppen over de stikstofproblematiek is misschien nog wel veel belangrijker, aldus de voorzitter van de NVM-vakgroep Agrarisch & Landelijk Ard Klijsen.
Voor de landbouw komen er volgend jaar financiële regelingen en subsidies voor boeren die willen omschakelen naar meer duurzame (kringloop)landbouw en boeren die willen stoppen. Streven is de structurele aanpak stikstof begin 2021 wettelijk te verankeren. “Deze wettelijke verankering zal duidelijkheid geven. Dit is in het belang voor ondernemers en voor het goed laten functioneren van vastgoedmarkten,” aldus Ard Klijsen.
“Vanwege de stikstofproblematiek stellen agrarisch ondernemers het uitvoeren van plannen momenteel uit voor de aan- of verkoop van onroerend goed,” aldus Klijsen. “Meer budget, meer duidelijkheid en minder onzekerheid zorgt dat er voor dat de landbouw weer perspectief krijgt en dan komt er weer ruimte voor nieuwe en nodige economische ontwikkelingen”.
De NVM vindt dat de overheid oog dient te hebben voor inkomens- en vermogensverlies en toekomstperspectief van veehouders als gevolg van een bedrijfsbeëindiging. “Dat geldt ook voor de advieskosten waarmee agrarische ondernemers worden geconfronteerd in een langdurig traject van stoppen en saneren,” aldus Klijsen.
De NVM vindt dat nieuwe functies voor vrijkomende agrarische bebouwing en percelen dienen te worden ondersteund. Deze ruimte kan worden gebruikt voor alternatieve aanwending in de landbouw, nieuwe vormen van ondernemerschap op het platteland of nieuwbouw in de woningmarkt.
In de begroting van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit staat dat de mogelijkheid van een regionale drempelwaarde voor stikstofemissies bij nieuwbouw nog nader worden onderzocht. Ook de regelingen extern salderen en verleasen – waarbij een bedrijf een overschot van stikstofemissie overdraagt aan een ander – worden geëvalueerd.
“Het is wel zaak dat er snel duidelijkheid komt over zaken die nog nader onderzocht of geëvalueerd dienen te worden,” zegt Klijsen.